Hierbij een korte update vanuit Carnarvon. We zijn hier gisteren rond een uur of 4 aangekomen, mooi op tijd om de plaatselijke attractie te bekijken: de one mile jetty. Dit is een steiger van ongeveer 1,5 kilometer lang, waar vroeger een treintje over reed, maar die inmiddels op instorten staat. Was wel weer een leuke wandeling. Verder hebben we wat laatste inkopen gedaan. De bulk daarvan hadden we overigens al in Geraldton gedaan, waar we nog net zoveel moeite hadden om de Woolworths te vinden als in 2006 :-). We hebben toen 2 dagen in Geraldton rondgekeken en het was sowieso grappig om te merken dat we nog heel veel herkenden. Na Geraldton begint de echte Outback. Ga maar na: Geraldton heeft ongeveer 27.500 inwoners. Als je de snelweg naar het Noorden afrijdt en je rijdt door tot je een stad tegenkomt met meer dan de helft van dat aantal inwoners, kom je uit in Darwin, ruim 3700km verderop. Langs deze lange weg heb je wat roadhouses en af en toe een stadje. Wel lekker rustig rijden ;-).
Het is gisteren overigens nog wel gelukt om een tentplaats voor het paasweekeinde te regelen. We staan nu tot maandag op de Yardie homestead. Hoeven we in ieder geval niet op het strand te slapen :-).
We zijn aan de westkust!
Na te zijn begonnen aan de oostkust en vervolgens de zuidkust te hebben verkend, zijn we nu bij de westkust van Australië aangekomen. Vandaag zijn we namelijk via Donnybrook van Manjimup naar Geraldton gereden, een afstand van ruim 720km! We hadden eigenlijk nog wel even in de mooie streek onder Perth willen blijven, maar vandaag werd ons duidelijk dat de situatie qua accommodatie in het Paasweekend, die we al als behoorlijk uitdagend hadden ingeschat, ronduit rampzalig is. Elke camping die we vandaag belden, was het hele paasweekend en de dagen daarna “fully booked“. Traditioneel is trekken de Aussies er massaal op uit in het paasweekeinde, maar doordat pasen dit jaar samenvalt met een andere feestdag, ANZAC day, heeft heel Australië dit jaar 5 dagen, vrijdag t/m dinsdag, vrij en is er op die dagen geen chalet, cabin of (unpowered) tentsite meer te boeken. We hebben daarom onze zinnen gezet op een aantal campsites in een natuurgebied, die worden verdeeld op basis van het principe “first come, first served”. Wij gaan dus zorgen dat we het eerst aankomen en aangezien de schoolvakantie in West-Australië op donderdag begint, hebben we nu een dag voorsprong ;-). Morgen willen we in Carnarvon overnachten, 475km verderop, waar we voor morgenavond de laatste cabin gereserveerd hebben, waarna we overmorgen zo vroeg mogelijk in Exmouth, bij Cape Range National Park, naast het Ningaloo Reef, willen staan. Dit betekent helaas dat we onderweg weinig stops kunnen maken, terwijl bijvoorbeeld Kalbarri National Park nog wel op ons verlanglijstje stond. Gelukkig zijn we in 2006 ook al langs deze kust gereden, dus de meeste attracties hier hebben we al een keer bezocht. De westkust boven Geraldton is overigens bijzonder dun bevolkt, waardoor ook de GSM-masten hier schaars zijn. Op de campsites waar we willen gaan staan is niet eens elektriciteit of stromend water, dus we verwachten niet dat we daar Internet zullen hebben. Het kan dus zijn dat we de komende week min of meer van de radar verdwijnen. Morgen in Carnarvon hebben we waarschijnlijk nog wel bereik, maar daarna… we gaan het zien!
Gisteren hadden we ook al geen bereik, maar Johanna heeft toen al wel het volgende verslag geschreven:
Eergisteren zijn we in Albany naar het Walvisvaartmuseum geweest. We wilden eerst gaan wandelen in Porongurup National Park maar het regende helaas. Het sombere weer paste beter bij het museum, dat erg interessant en leerzaam is, maar natuurlijk behoorlijk wat gruwelijkheden behandelt. De kinderen vonden vooral de 3D walvisfilm (met brilletjes) en de walvisjager erg leuk. Ook de skeletten en de verhalen over de vangst en het fileren en verwerken van de walvis waren erg boeiend (gelukkig waren de foto’s in het zwart-wit want het is nogal een bloederige, smerige aangelegenheid). Na het museum zijn we nog naar het naburige in aanleg zijnde dierentuintje geweest. Heel klein en bij het openen van een deur stonden we opeens oog in oog met een koala. Als je wilde, kon je hem zo aaien. Echter borden waarschuwden dat ze kunnen bijten en zeer scherpe klauwen hebben. Dat zou je niet zeggen. Het beestje zat lekker te kauwen op zijn eucalyptusblaadje. Daarna kwamen we nog een aantal kangaroes tegen. Zelfs Dennis heeft na enig aandringen eentje geaaid. Laura daarentegen bleef ze maar aaien en was met moeite weer naar buiten te krijgen.
Vanuit Albany zijn we ‘s middags doorgereden naar Walpole om de volgende dag de Valley of the Giants te gaan bekijken. We hadden gebeld voor een cabin en deze was een beetje boven budget, maar toch maar gedaan. We komen in de duurdere tijd (Paasvakantie) en de duurdere regio (onder Perth). Op de camping aangekomen werden we zeer blij verrast. De camping bleek echt een pareltje te zijn en we hadden daar een zeer luxe grote chalet met superlekkere bedden. Gisteren hebben we de Tree Top Walk gedaan en een wandelingetje naar de Giant Tingle Tree. Bij de eerste loop je, zoals je al kunt raden, door de boomtoppen over een soort hangbrug. Het hoogste punt is 40 meter. Daarna hebben we nog eronder gewandeld bij de Tingle Trees en de Giant Tingle Tree. Tingle Trees zijn bomen die maar in een zeer beperkt gebied in het zuidwesten van Australië voorkomenen. Ze kunnen zeer hoog en dik worden en allerlei oude exemplaren zijn in de loop van de tijd uitgehold door brand, schimmel en insecten. In sommige bomen kun je met de hele familie staan. Daarna zijn we op weg gegaan naar Pemberton waar 68 meter naar boven kunt klimmen naar een uitkijkpost in de Gloucester Tree. Rond de stam zijn ijzeren staven gezet, een minimale bescherming met een netje langs de zijkanten van de sporten en dan 68 meter omhoog naar een uitkijkpost. GJ is helemaal omhoog geklommen. De kids wilden heel graag maar er stond een heel groot bord bij dat het, heel begrijpelijk, niet geschikt was voor kinderen. Ze hebben de eerste 20 sporten meermalen gedaan en daarna maar wachten op papa.
Onderweg naar Pemberton hebben we nog de Great Forest Trees Drive in het Shannon National Park gedaan. Dit is een goed onderhouden smalle gravelweg door het bos. Een boswandeling in je auto. Je kon je autoradio op een FM frequentie zetten en dan kreeg je op bepaalde punten de geschiedenis van het park en een paar leuke anekdotes te horen.
Ondertussen hadden we gebeld voor een cabin. De prijzen worden hoger en we zijn gegaan voor een basic cabin (met kookgelegenheid, maar zonder toilet en douche) op een camping. Hoe blij verrast we de vorige dag waren, hoe minder content we gisteren waren. Maar we hebben een bed, de cabin zit vlakbij het toiletgebouw en de camping ziet er leuk uit. Helaas geen enkel netwerkbereik. De temperatuur afgelopen dagen was (we hebben de knop voor buitentemperatuur in de auto gevonden) 20-23 graden. Volgens mij haalt Nederland deze temperaturen deze week ook! 🙁 Na zonsondergang koelde het gisteren hard af tot een graad of 7 en we waren dus blij dat we niet in de tent zaten. Zonsondergang is hier overigens een vreemd fenomeen waar we nog steeds aan moeten wennen. Op een gegeven moment, afhankelijk waar je bent, tussen half 6 en kwart over zes uur gaat de zon onder en dan is het ook binnen een kwartiertje donker en na een half uur vraag je je af wie het licht heeft uitgedaan. We willen dan ook altijd rond zonsondergang op plaats van bestemming zijn, want de kangaroes, wallabies en andere dieren gaan ‘s nachts zwerven langs de weg en voor je het weet heb je eentje op of onder je auto.
De foto’s van de afgelopen dagen zijn nog niet allemaal uitgezocht, maar hierbij wat eerste impressies.
Ravensthorpe en Wave Rock
Onze ad hoc-planning brengt ons soms op bijzondere plaatsen. Neem nu Ravensthorpe, waar we gisterenavond terecht kwamen. Eigenlijk zouden we gisteren naar Albany rijden, maar we wilden de tent droog inpakken en die was om 9 uur ‘s ochtends nog helemaal nat van de dauw. We hebben toen van de nood een deugd gemaakt door eerst nog de mooie stranden van Esperance te verkennen, maar het gevolg was wel dat we pas om half 2 vertrokken, zodat Albany, 500km verderop, niet meer haalbaar was voordat het donker werd. Je kunt hier met een personenauto niet in het donker rijden omdat de kans dan groot is dat je een kangaroe of ander groot dier raakt, met een grote deuk in je auto (of erger) tot gevolg. De vrachtwagens zijn hier overigens ingepakt in een soort stalen kooi, zodat ze wel gewoon ‘s nachts kunnen rijden. Ziet er overigens erg indrukwekkend uit (denk Mad Max). Wij moesten dus onderdak hebben onderweg en vonden dat op een caravanpark in het sfeervolle outbackstadje Ravensthorpe. We vielen daar wel op met onze auto, aangezien alle andere auto’s in Ravensthorpe wit waren een vierwielaandrijving hadden! Het merendeel was bovendien van het type pickup met zwaailicht erop, waarschijnlijk van de mining operations in de buurt.
Vanochtend waren we al weer vroeg uit de veren en zo zaten we al voor achten in de auto om naar Wave Rock te rijden (stukje ad hoc planning). Het was hier op dat tijdstip overigens al 19 graden. Om 9 uur was het 22 graden en de thermometer liep verder op tot 32 graden rond een uur of twee. Jullie kunnen dus wel een mooi voorjaar hebben in Nederland, maar deze temperaturen zie ik jullie voorlopig nog niet aantikken :-).
De weg van Ravensthorpe naar Wave Rock bleek een echte outbackweg; we zijn op 200km weg minder dan 15 auto’s tegengekomen. We konden dus lekker opschieten en waren om kwart voor 10 zo’n beetje de eerste bezoekers in het park. Wave Rock bleek leuker dan verwacht. De rotsformatie zelf is indrukwekkend, maar de wandelingen eromheen zijn ook zeker de moeite waard. Niettemin hadden we het rond een uur of 1 wel gezien en was het tijd om alsnog richting Albany te gaan. Met wat moeite (de paasvakantie is inmiddels begonnen in een groot deel van Australië) hebben we hier een cabin gevonden. Morgen gaan we hier de boel verkennen!
Lucky Bay
Vandaag hebben we er een relaxte dag van gemaakt. We hoefden niet te reizen dus we konden uitslapen. Dat hebben we echter niet gedaan, want door het tijdsverschil zijn we allemaal al om 6 uur wakker. Ik kan me dan nog wel beheersen en blijven liggen, maar de rest van het gezin staat daar anders in. Om half 7 stond ik dus onder de douche en om half 8 hadden we allemaal ontbeten (met yoghurt en rijstbubbels (bestaan die ook in Nederland?) uit een kilopak). Daarna hebben we nog lekker een paar uur bij de tent gehangen, zodat er een behoorlijk zaterdaggevoel ontstond. Eigenlijk is kamperen best relaxt op deze manier :-). We hebben ook een erg goede camping uitgezocht, vlakbij de boulevard van Esperance. ‘s Avonds horen we in onze tent het ruisen van de zee (met af en toe een voorbijrijdende auto of een trein in de verte). Helaas staat er wel weer een lantaarnpaal (een echte 😉 ) voor onze tent.
Rond 10 uur vanochtend zijn we afgereisd naar Cape Le Grand national Park en meer specifiek Lucky Bay. Ik kan hier uitweiden over de schoonheid van dit strand, maar de foto’s zeggen genoeg volgens mij. Het was wel jammer dat we niet echt op het strand konden zitten. Het zand was namelijk nog nat van de regenbuien van afgelopen nacht en de zon was nog niet echt door de wolken heen gebroken. ‘s Middags is dit echter allemaal nog goed gekomen.
Morgen moet het een mooie zonnige dag worden, dus dan rijden we hier eerst nog even wat stranden af alvorens richting Albany te vertrekken.